Advanced adjectives in Dutch to impress your friends

A list of 30 common Dutch words and phrases related to the title of the list, with English translations and examples.


27 words in this list

fantastisch (fahn-tahs-tisch) fantastic

🗣️ De vakantie was fantastisch! (The vacation was fantastic!)

verbluffend (vur-bluf-uhnt) stunning

🗣️ De zonsondergang was verbluffend mooi. (The sunset was stunningly beautiful.)

hemels (hay-muls) heavenly

🗣️ De taart smaakte hemels. (The cake tasted heavenly.)

grandioos (grahn-dee-ohs) grandiose

🗣️ Het gebouw had een grandioze uitstraling. (The building had a grandiose appearance.)

schitterend (skhih-tuh-ruhnt) splendid

🗣️ Het uitzicht was schitterend. (The view was splendid.)

voortreffelijk (voort-tref-fuh-likh) exquisite

🗣️ De sieraden waren voortreffelijk. (The jewelry was exquisite.)

indrukwekkend (in-druhk-vek-uhnt) impressive

🗣️ De presentatie was zeer indrukwekkend. (The presentation was very impressive.)

verrukkelijk (vur-ruhk-kuh-likh) delicious

🗣️ De taart smaakte verrukkelijk. (The cake tasted delicious.)

uitzinnig (uyt-sin-nikh) insane

🗣️ Hij werd uitzinnig van blijdschap. (He went insane with joy.)

weelderig (wayl-duh-righ) luxurious

🗣️ Het hotel was weelderig ingericht. (The hotel was luxuriously furnished.)

geweldig (guh-vey-lik) amazing

🗣️ Dat was een geweldige prestatie! (That was an amazing performance!)

fenomenaal (fuh-noh-muh-naal) phenomenal

🗣️ De prestaties van het team waren fenomenaal. (The team's performances were phenomenal.)

briljant (brihl-yahnt) brilliant

🗣️ Zijn idee was briljant. (His idea was brilliant.)

meesterlijk (may-stuhr-likh) masterful

🗣️ Zijn schilderijen zijn meesterlijk. (His paintings are masterful.)

glorieus (gloh-ree-yuhs) glorious

🗣️ Het feest was een glorieus succes. (The party was a glorious success.)

wonderbaarlijk (wohn-duhr-baa-ruh-likh) marvelous

🗣️ Het concert was wonderbaarlijk. (The concert was marvelous.)

perfect (puhr-fekt) perfect

🗣️ De presentatie was perfect. (The presentation was perfect.)

adembenemend (ah-duhm-buh-nuh-muhnt) breathtaking

🗣️ Het uitzicht was adembenemend mooi. (The view was breathtakingly beautiful.)

uitzonderlijk (uyt-suhn-duhr-likh) exceptional

🗣️ Hij heeft uitzonderlijk talent. (He has exceptional talent.)

subliem (suh-bleem) sublime

🗣️ De wijn had een sublieme smaak. (The wine had a sublime taste.)

betoverend (buh-toh-vur-uhnt) enchanting

🗣️ De muziek was betoverend. (The music was enchanting.)

verbazingwekkend (vur-baa-zing-vek-uhnt) astonishing

🗣️ Zijn prestatie was verbazingwekkend. (His performance was astonishing.)

prachtig (prahk-tuhkh) gorgeous

🗣️ Wat een prachtige bloemen! (What gorgeous flowers!)

uitmuntend (uyt-mun-tuhnt) excellent

🗣️ Het eten was uitmuntend. (The food was excellent.)

majestueus (mah-yeh-stuh-yuhs) majestic

🗣️ Het kasteel was majestueus. (The castle was majestic.)

oogverblindend (ohkh-vur-bluhn-duhnt) dazzling

🗣️ Haar jurk was oogverblindend mooi. (Her dress was dazzlingly beautiful.)

verrukkelijk (vur-ruhk-kuh-likh) delightful

🗣️ Het weer was verrukkelijk. (The weather was delightful.)

Learn with glot

You didn't try learning this list of vocabulary yet.