Dutch Phrasebook: 50 Most Common Expressions

A list of the 50 most common phrases and expressions in Dutch with translation to English and examples.

35 words in this list

Nee (nay) → No

🗣️ Wil je nog wat drinken? Nee, bedankt. (Do you want another drink? No, thank you.)

Hoe gaat het? (hoo gat hut?) → How are you?

🗣️ Hoe gaat het met jou? (How are you doing?)

Alstublieft (al-stu-bleeft) → Please/Here you go (formal)

🗣️ Mag ik alstublieft de rekening? (May I please have the bill?)

Goedenavond (khoo-duh-nah-vont) → Good evening

🗣️ Goedenavond, hoe was je dag? (Good evening, how was your day?)

Sorry (soh-ree) → Sorry

🗣️ Sorry, ik ben te laat. (Sorry, I'm late.)

Hallo (hah-loh) → Hello

🗣️ Hallo, hoe gaat het? (Hello, how are you?)

Tot ziens (tot seens) → Goodbye

🗣️ Tot ziens, we spreken elkaar snel weer. (Goodbye, we'll talk to each other again soon.)

Mag ik u iets vragen? (makh ik yoo eets frah-ghun?) → May I ask you something?

🗣️ Mag ik u iets vragen over deze stad? (May I ask you something about this city?)

Wat is je naam? (wat is yuh naam?) → What is your name?

🗣️ Wat is je naam? Mijn naam is Peter. (What is your name? My name is Peter.)

Goedemorgen (khoo-duh-mor-khun) → Good morning

🗣️ Goedemorgen, ik ben blij je te zien. (Good morning, I'm happy to see you.)

Bedankt (buh-dahngkt) → Thank you

🗣️ Bedankt voor je hulp. (Thank you for your help.)

Ik spreek geen Nederlands (ik sprayk khayn nay-duhr-lunds) → I don't speak Dutch

🗣️ Sorry, ik spreek geen Nederlands. (Sorry, I don't speak Dutch.)

Misschien (mish-kheyn) → Maybe

🗣️ Misschien gaan we morgen naar de film. (Maybe we'll go to the movies tomorrow.)

Ik ben het eens (ik ben hut hay-luh-mal met yuh ayns) → I agree

🗣️ Ik ben het helemaal met je eens. (I completely agree with you.)

Alsjeblieft (als-yuh-bleeft) → Please/Here you go

🗣️ Kan ik alsjeblieft de menukaart zien? (Can I please see the menu?)

Ja (yah) → Yes

🗣️ Wil je nog wat drinken? Ja, graag. (Do you want another drink? Yes, please.)

Het spijt me (hut spayt muh) → I'm sorry

🗣️ Het spijt me dat ik te laat ben. (I'm sorry that I'm late.)

Waar is de wc? (vahr is duh way-say als-yuh-bleeft?) → Where is the bathroom?

🗣️ Waar is de wc alsjeblieft? (Where is the bathroom please?)

Ik ben moe (ik ben muh) → I'm tired

🗣️ Sorry, ik kan niet meer. Ik ben moe. (Sorry, I can't go on. I'm tired.)

Wat is er aan de hand? (wat is ur ahn duh hahnt? vahr-ohm hoyl ye?) → What's wrong?

🗣️ Wat is er aan de hand? Waarom huil je? (What's wrong? Why are you crying?)

Ik begrijp het niet (ik buh-khreyp hut neet) → I don't understand

🗣️ Kun je dat nog een keer herhalen? Ik begrijp het niet. (Can you repeat that one more time? I don't understand.)

Ik ben het er niet mee eens (ik ben hut ur neet may ayns, vahnt ik fint dat...) → I disagree

🗣️ Ik ben het er niet mee eens, want ik vind dat... (I disagree, because I think that...)

Ik ben klaar (ik ben klahr) → I'm ready

🗣️ Ik ben klaar om te gaan. (I'm ready to go.)

Het is oké (hut is oh-kay) → It's okay

🗣️ Het is oké, maak je geen zorgen. (It's okay, don't worry.)

Ik ben boos (ik ben bohs) → I'm angry

🗣️ Ik ben boos op jou. (I'm angry at you.)

Ik weet het niet (ik wayt hut neet) → I don't know

🗣️ Sorry, ik weet het niet. (Sorry, I don't know.)

Ik hou van jou (ik how vahn yow) → I love you

🗣️ Ik hou van jou, schatje. (I love you, sweetheart.)

Dank je wel (dahngk yuh vel) → Thank you very much

🗣️ Dank je wel voor je hulp. (Thank you very much for your help.)

Ik ben verdwaald (ik ben vuhrd-wahlt) → I'm lost

🗣️ Sorry, ik ben verdwaald. Kunt u mij helpen? (Sorry, I'm lost. Can you help me?)

Ik ben blij (ik ben zoh bly) → I'm happy

🗣️ Ik ben zo blij dat je er bent. (I'm so happy that you're here.)

Hoeveel kost het? (hoo-vale kost hut?) → How much does it cost?

🗣️ Hoeveel kost deze trui? (How much does this sweater cost?)

Ik ben teleurgesteld (ik ben tuh-luhr-ghuh-stelt) → I'm disappointed

🗣️ Ik ben teleurgesteld in het resultaat. (I'm disappointed in the outcome.)

Het is tijd om te gaan (hut is tayd ohm tuh gahn) → It's time to go

🗣️ Het is tijd om te gaan. Tot ziens! (It's time to go. Goodbye!)

Ik ben verliefd op jou (ik ben ahl zoh lahng vuhr-layft op yow) → I'm in love with you

🗣️ Ik ben al zo lang verliefd op jou. (I've been in love with you for so long.)

Dat is geweldig! (dat is guh-vayl-lug!) → That's awesome!

🗣️ Dat is geweldig nieuws! (That's awesome news!)

Learn with glot

You didn't try learning this list of vocabulary yet.

Thanks for visiting and have the bestest day! 👋