Hobbies and Interests in Dutch

A list of 30 common words and phrases related to hobbies and interests in Dutch with English translations and examples.

40 words in this list

sport (spohrt) → sport

🗣️ Voetbal is een populaire sport in Nederland. (Football is a popular sport in the Netherlands.)

kijken (kee-kun) → to watch

🗣️ We kijken graag films. (We like to watch movies.)

schaken (skah-ken) → to play chess

🗣️ Mijn opa en ik schaken regelmatig. (My grandpa and I play chess regularly.)

luisteren (loy-stuh-run) → to listen

🗣️ Ik luister naar muziek. (I listen to music.)

muziek (myoo-zeek) → music

🗣️ Ik hou van klassieke muziek. (I love classical music.)

schilderen (skil-duh-run) → to paint

🗣️ Zij schildert landschappen. (She paints landscapes.)

surfen (ser-fun) → to surf

🗣️ Hij surft elke zomer in Spanje. (He surfs every summer in Spain.)

meditatie (muh-dih-tah-see) → meditation

🗣️ Ik doe elke ochtend meditatie. (I do meditation every morning.)

schilderen (skil-duh-run) → painting

🗣️ Schilderen is een manier om mijn emoties te uiten. (Painting is a way to express my emotions.)

yoga (yoh-guh) → yoga

🗣️ Yoga helpt me ontspannen. (Yoga helps me relax.)

schrijven (skray-vun) → writing

🗣️ Schrijven is mijn passie. (Writing is my passion.)

tekenen (tay-kuh-nun) → drawing

🗣️ Tekenen is een creatieve uitlaatklep. (Drawing is a creative outlet.)

surfen (ser-fun) → surfing

🗣️ Surfen is een avontuurlijke sport. (Surfing is an adventurous sport.)

lezen (lay-zun) → reading

🗣️ Lezen is een ontspannende bezigheid. (Reading is a relaxing activity.)

interesse (in-tuh-rus-uh) → interest

🗣️ Ik heb interesse in muziek. (I have an interest in music.)

wandelen (vahn-duh-lun) → to walk

🗣️ Ik wandel graag in het park. (I like to walk in the park.)

hobby (haw-bee) → hobby

🗣️ Mijn hobby is schilderen. (My hobby is painting.)

spelletje (spel-lut-juh) → game

🗣️ Laten we een spelletje spelen! (Let's play a game!)

schrijven (skray-vun) → to write

🗣️ Ik schrijf een dagboek. (I write a diary.)

lezen (lay-zun) → to read

🗣️ Ik lees graag boeken. (I like to read books.)

kaarten (kahr-tun) → cards

🗣️ We spelen vaak kaarten met vrienden. (We often play cards with friends.)

zwemmen (zvem-mun) → to swim

🗣️ We zwemmen graag in de zee. (We like to swim in the sea.)

knutselen (knuht-suh-lun) → crafting

🗣️ Knutselen is een leuke activiteit om samen met kinderen te doen. (Crafting is a fun activity to do with children.)

wandklimmen (vahnk-klihm-mun) → rock climbing

🗣️ Wandklimmen is een uitdagende sport. (Rock climbing is a challenging sport.)

dansen (dahn-sun) → to dance

🗣️ Ik dans graag op feestjes. (I like to dance at parties.)

tuinieren (tow-nuh-run) → gardening

🗣️ Mijn ouders vinden tuinieren leuk. (My parents enjoy gardening.)

knutselen (knuht-suh-lun) → to craft

🗣️ We knutselen vaak met onze kinderen. (We often craft with our children.)

fietsen (feet-sun) → to cycle

🗣️ We fietsen vaak naar het werk. (We often cycle to work.)

reizen (ray-zun) → to travel

🗣️ Ik wil graag de wereld rondreizen. (I want to travel around the world.)

fotografie (foh-toh-grah-fee) → photography

🗣️ Mijn hobby is fotografie. (My hobby is photography.)

snowboarden (snoh-bor-dun) → to snowboard

🗣️ Mijn broer houdt van snowboarden. (My brother loves to snowboard.)

bakken (bah-ken) → to bake

🗣️ We bakken vaak taarten en koekjes. (We often bake cakes and cookies.)

tekenen (tay-kuh-nun) → to draw

🗣️ Ik teken graag portretten. (I like to draw portraits.)

skiën (skee-un) → to ski

🗣️ We gaan elk jaar skiën in Oostenrijk. (We go skiing every year in Austria.)

koken (koh-ken) → to cook

🗣️ Ik kook graag voor mijn vrienden. (I like to cook for my friends.)

meditatie (muh-dih-tah-see) → meditation

🗣️ Meditatie is een manier om mijn geest te kalmeren. (Meditation is a way to calm my mind.)

wandklimmen (vahnk-klihm-mun) → rock climbing

🗣️ Ik ben gek op wandklimmen. (I am crazy about rock climbing.)

snowboarden (snoh-bor-dun) → snowboarding

🗣️ Snowboarden geeft me een gevoel van vrijheid. (Snowboarding gives me a sense of freedom.)

skiën (skee-un) → skiing

🗣️ Skiën is mijn favoriete wintersport. (Skiing is my favorite winter sport.)

yoga (yoh-guh) → yoga

🗣️ Yoga helpt me ontspannen en in balans blijven. (Yoga helps me relax and stay balanced.)

Learn with glot

You didn't try learning this list of vocabulary yet.

Thanks for visiting and have the bestest day! 👋